18-114 CRvT

DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN VASTGOEDDESKUNDIGEN NVM. Geen plicht van de taxateur om te onderzoeken of de kredietopzegging door de bank terecht is. Beweerdelijk te lage waardering portefeuille. Planning veiling zonder overleg. Datum beslissing en datum ondertekening uitspraak. Klaagster bezit een aanzienlijke onroerend goedportefeuille die is verhypothekeerd. In 2009 zegt de bank de kredietovereenkomst op. In dat kader geeft de bank beklaagde om een executieveiling voor te bereiden. Daarvan doet beklaagde in februari 2011 mededeling aan klaagster. Kort daarop wordt klaagster onder curatele gesteld. In juni 201 geeft de bank aan een andere makelaar opdracht de onroerend goedportefeuille van klaagster te taxeren. Deze dient de taxatie te verrichten in overleg met beklaagde hetgeen geschiedt.  De bank zegt klaagster aan dat haar bezit op 11 juni 2012 geveild zal worden. De curator van klaagster weet dit via een kort geding te voorkomen. In september 2012 geeft de rechtbank toestemming om de portefeuille onderhands aan een derde te verkopen. Het verwijt van klaagster dat beklaagde de opdracht van de bank heeft aanvaard zonder te onderzoeken of de kredietopzegging terecht was, wordt verworpen. Een dergelijk onderzoek behoort niet tot de taak van een makelaar.  Beklaagde heeft de portefeuille niet getaxeerd. Dat heeft een andere makelaar gedaan. Met beklaagde is alleen overleg gevoerd. [De klacht tegen die andere makelaar is ook tuchtrechtelijk behandeld en ongegrond bevonden (CR 17/2645)].  Het verwijt dat de veiling is ingepland zonder overleg met klaagster en de bewoners is eveneens onterecht. Klaagster kende de datum van de veiling en heeft deze weten te voorkomen. Zij kan niet opkomen voor de bewoners van haar panden en is dus op dit punt niet-ontvankelijk. Het college constateert dat er 3 weken zit tussen de datum van het nemen van de beslissing door de raad van toezicht en de datum van ondertekening daarvan en de verzending, hetgeen in strijd is met het Reglement Tuchtrechtspraak. Het college houdt het ervoor dat de raad van toezicht na de zitting heeft beraadslaagd en dat ook nadien nog over de tekst van de uitspraak heeft gedaan en dat derhalve de definitieve beslissing pas is genomen op de dag der ondertekening. Nu noch klagers noch beklaagde daarvan nadeel heeft ondervonden, verbindt de Centrale Raad hieraan geen gevolgen.

18-114 CRvT

17-102_RvT_Amsterdam