20-40 CRvT

CR 19/268 DE CENTRALE RAAD VAN TOEZICHT VAN DE NEDERLANDSE COÖPERATIEVE VERENIGING VAN MAKELAARS O.G. EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM U.A. Echtscheidingssituatie. Wie is opdrachtgever van de makelaar? Koopovereenkomst gesloten zonder voorkennis ex-echtgenote. Beweerdelijk onvoldoende belangenbehartiging. Te lage koopsom? Klaagster is met haar echtgenoot in een echtscheiding verwikkeld in welk kader diverse gerechtelijke procedures worden gevoerd. De opdracht tot verkoop was aanvankelijk aan beklaagde verstrekt. De rechter bepaalt dat de woning moet worden verkocht. De vraagprijs wordt gesteld op € 695.000 waarbij naast beklaagde nog een andere makelaar wordt ingeschakeld. Als de woning na 4 jaar nog niet is verkocht verzoekt klaagsters beide makelaars het huis uit de verkoop te halen. Beklaagde voldoet niet aan dit verzoek, de andere makelaar wel. Medio 2018 verkoopt de ex-echtgenoot de woning voor € 480.000 aan de buurman. Beklaagde deelt dit aan klaagster mede. Zij is mede-eigenaresse en dient de akte mede te onderteken hetgeen zij weigert. In een kort gedingprocedure die de man aanspant, wordt klaagster veroordeeld mee te werken waarin zij berust. De Centrale Raad stelt vast dat klaagster geen opdrachtgeefster van de makelaar is geweest; dat was uitsluitend haar ex-echtgenoot en de makelaar had dan ook diens belang te behartigen. De makelaar handelde juist door klaagster over de verkoop te informeren en bereid te zijn een toelichting te geven. De uiteindelijk bereikte koopprijs is weliswaar veel lager dan de vraagprijs maar voor dat bedrag is al die jaren geen koper gevonden en klaagster heeft niet aangetoond dat er een gegadigde was die meer wilde betalen dan € 480.000. Dat er in het kader van een aanvraag tot planschadevergoeding een bedrijf is geweest dat een hogere waarde noemde zegt niets. De door deze genoemde prikdatum ligt jaren terug.

20-40 CRvT

19-11 RvT Oost