22-23 RvT West

22-23 RvT West             Ref:  21/04           Beweerdelijk onjuiste vraag- en laatprijs geadviseerd. Beweerdelijk niet-nakomen van adviezen en afspraken. Invloed van kosten herstel achterstallig onderhoud op vraag- en laatprijs             In het kader van een echtscheiding dient de woning van klaagster en haar ex-echtgenoot te worden verkocht. Bij vonnis van de rechtbank, later bekrachtigd door het gerechtshof, dient voor de verkoop een makelaar te worden ingeschakeld. Dat wordt beklaagde. Deze adviseert om eerst een bouwtechnische keuring te laten uitvoeren en de tuin te laten opknappen. Daarop reageert de echtgenoot dat hij geen enkele opdracht aan de makelaar heeft verstrekt. Vervolgens wordt de echtgenote (klaagster) bij kort gedingvonnis veroordeeld om haar medewerking te verlenen aan een verkoop waarbij zij de adviezen van de makelaar dient op te volgen. Daarop ondertekenen klaagster en haar ex-echtgenoot de verkoopopdracht. De makelaar adviseert een vraagprijs van € 800.000. Klaagster is het daarmee niet eens en denkt dat de woning meer dan € 1 miljoen waard is. Daarop geeft de makelaar de verkoopopdracht wegens gebrek aan vertrouwen terug. Bij kort gedingvonnis van enige tijd later wordt de ex-echtgenoot van klaagster gemachtigd de woning te verkopen. Op de vraagprijs van € 800.000 komen twee biedingen binnen waarvan een op het bedrag van de vraagprijs hetgeen de man accepteert.           De raad constateert dat dit laatste een bevestiging inhoudt van de juistheid van het advies van de makelaar over de opbrengst. Dat de makelaar haar afspraken niet nakwam, blijkt nergens uit. Anders dan klaagster meent zijn het niet alleen de kosten voor herstel van achterstallig onderhoud die invloed hebben op het bepalen van de vraag- en laatprijs. Kopers laten zich ook leiden door de kosten van het naar hun smaak aanpassen en up to date maken van een woning.

22-23 RvT West