Uitspraken

  • 13-66 RvT Amsterdam

    Taxatie. Boedeltaxatie. Beklaagde heeft in verband met de boedelverdeling tussen klager en diens ex-partner een aantal onroerende zaken getaxeerd. Klager verwijt beklaagde dat hij zich bij zijn taxatie heeft laten beïnvloeden door de ex-partner en dat hij de taxatie-opdracht niet op juiste wijze heeft uitgevoerd. Daarnaast wordt beklaagde verweten dat hij heeft geweigerd om een (tweede) aanvullende opdracht van klager uit te voeren. De Raad overweegt dat klager zich eerst op het standpunt heeft gesteld dat beklaagde zijn taxatie diende uit te voeren in het kader van een partijen bindend advies. Vervolgens heeft klager echter aangegeven dat er geen sprake was van een gezamenlijke opdracht van klager en diens ex-partner en dat de opdracht aan beklaagde was verstrekt door de advocaat van de ex-partner. De exacte toedracht kan in het midden blijven. Vast staat dat klager en zijn ex-partner hadden afgesproken dat geen van hen beiden voorafgaande aan de taxatie met beklaagde contact mocht hebben. Dat beklaagde zijn taxatie onzorgvuldig dan wel in strijd met zijn opdracht heeft uitgevoerd, is niet gebleken. Evenmin is komen vast te staan dat beklaagde ten onrechte heeft geweigerd om aan klager een (tweede) aanvullend advies te verstrekken. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2527 CRvT

    Lees meer
  • 13-68 RvT Hilversum

    Beweerdelijk te lage waardering. Beweerdelijk verstrekte vertrouwelijke mededeling aan derden.Klaagster en haar echtgenoot zijn in een echtscheiding verwikkeld. In dat kader vindt een kort geding plaats waarin klaagster wordt veroordeeld om mee te werken aan de verkoop tegen een prijs zoals die door de makelaar (beklaagde) is geschat. Het verwijt van klaagster dat die prijs te laag is, is ongegrond. Ook tegen die volgens klaagster te lage prijs is het huis nog altijd niet verkocht. Het verwijt dat de makelaar vertrouwelijke informatie aan gegadigden verstrekte, treft geen doel. Dat de makelaar op vragen van die gegadigden meedeelt dat sprake is van een echt-scheiding, is niet verwijtbaar. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-67 RvT Hilversum

    Echtscheidingsperikelen. Beweerdelijk te hoge vraagprijs geadviseerd. Beweerdelijk gebrek aan communicatie.In het kader van een echtscheiding moet de echtelijke woning verkocht worden. Een makelaar adviseert een vraagprijs van € 1.695.000 te hanteren. Met een andere makelaar (beklaagde) wordt overeengekomen met een vraagprijs van € 1.9590.000 te werken. De door de vrouw (klaagster) ingeschakelde makelaar adviseert een vraagprijs van € 1.750.000. In een tussen de echtelieden gesloten convenant wordt afgesproken dat beklaagde als makelaar van de man zal optreden en de andere makelaar voor de vrouw. Als de meningen over de vraagprijs van beide makelaars verschillen zal het gemiddelde van de door hen geadviseerde bedragen genomen worden. De crisis op de woningmarkt leidt ertoe dat de vraagprijs steeds verlaagd wordt. De klacht dat een te hoge vraagprijs is geadviseerd is volgens de raad niet terecht. Niet is komen vast te staan dat beklaagde de beslissende stem had bij het vaststellen van de eerste vraagprijs. Evenmin is terecht het verwijt dat beklaagde vooral met de man communiceerde. Deze was zijn opdrachtgever terwijl voor klaagster een andere makelaar optrad. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-71 RvT ‘s-Gravenhage

    Beweerdelijke belangenverstrengeling - geen belangenverstrengeling als het om twee verschillende objecten gaat. Nagaan of waarborgsom gestort is is in beginsel verantwoordelijkheid van de (verkopend) makelaar. Klagers klager erover dat hun makelaar voor de koper van hun woning optreedt tevens optreedt als aankopend makelaar bij het pand van hun buren. De raad van toezicht acht dit niet ontoelaatbaar nu het om twee verschillende objecten gaat. Op de makelaar rust in beginsel wel de verantwoordelijkheid om ten behoeve van zijn opdrachtgever na te gaan of de waarborgsom is gestort . Download uitspraak (pdf) Uitspraak CRvT, 14-2525 CRvT

    Lees meer
  • 13-72 RvT ‘s-Gravenhage

    Onjuiste vermelding op website van makelaarskantoor. Geen tuchtrechtelijk vergrijp omdat mededeling elders niet voorkwam. Klager heeft belangstelling voor een woning. Op de website van het verkopend makelaarskantoor staat de mededeling dat koper geen overdrachtsbelasting verschuldigd is. Klager koopt het huis en ziet op de koopakte dat hij toch overdrachtsbelasting moet betalen Op zijn klacht deelt de makelaar mede dat de actie waarbij geen overdrachtsbelasting verschuldigd was, inmiddels was afgelopen. Die mededeling was wel van Funda en uit de verkoopbrochure geschrapt maar per abuis op de website blijven staan. De Raad van toezicht acht dit weliswaar slordig, maar niet zodanig dat dit tuchtrechtelijk laakbaar is. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-66 RvT Groningen

    Geveltaxatie met toestemming van geldgever. Vermelding van beperking in rapport. Recht op inzage taxatierapport. Een taxateur heeft niet de mogelijkheid om een uitgebreide binnenopname van een pand te doen en maakt daarvan melding in zijn rapport. De raad acht dit correct en acht eveneens juist dat de taxateur in dit geval afging op mededelingen van de makelaar-verkoper. Dat de taxatie is verricht voor een hypotheekhouder wil niet zeggen dat de eigenaar (klager) daar geen inzage in mag hebben. Bij een onjuiste taxatie zou hij immers in zijn belang kunnen worden getroffen. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-76 RvT Zwolle

    Beweerdelijk onvoldoende belangenbehartiging bij verkoop. Te hoge vraagprijs gehanteerd? Beweerdelijk onheuse bejegening. Tuchtrechter oordeelt niet over aanspraken tot betaling. Onnodig grievende opmerkingen van makelaar in correspondentie. Een verkoper/opdrachtgever maakt zijn makelaar een groot aantal verwijten, o.a. dat de makelaar niet op stel en sprong een bezichtiging kon arrangeren. De makelaar zou op onheuse wijze de relatie hebben beëindigd en ten onrechte kosten in rekening hebben gebracht. De beoordeling of dit laatste terecht is, is niet aan de tuchtrechter maar aan de geschillencommissie die hierover dan ook een uitspraak heeft gedaan. De makelaar heeft alle verwijten gemotiveerd betwist. Klacht ongegrond.De raad van toezicht spreekt uit dat sommige passages van de makelaar in de correspondentie onnodig grievend zijn voor klager. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-2449 CRvT

    Beweerdelijk onjuist vloeroppervlak in taxatierapport. Waarde niet uitsluitend bepaald door woonoppervlak. Meetinstructie nog niet van kracht.Zie ook 13-2450 CRvT. Klager koopt voor € 375.000 een appartement dat door de verkopend makelaar werd aangeboden met een vloeroppervlak van ca 125 m². Beklaagde taxeert het object voor de financiering en komt op een onderhandse verkoopwaarde van € 375.000 en geeft een indicatie van het woonoppervlak van 125 m². Twee jaar later geeft klager een andere makelaar opdracht om de waarde van het appartement te bepalen met het doel om inzicht te verkrijgen in de waarde ten behoeve van een vergelijking op basis van het aantal vierkante meters. Deze komt op een onderhandse verkoopwaarde van € 330.000 en een woonoppervlak van 105 m². Klager meent gedupeerd te zijn. De Centrale Raad stelt vast dat de meetinstructie ten tijde van de taxatie nog niet van kracht was. Verder constateert het college dat een taxatierapport de financier inzicht moet verschaffen in het object en zijn omgeving op basis van visuele waarneming en plaatselijke bekendheid; het woonoppervlak is slechts een van de elementen waarmee het object wordt beschreven. De taxateur heeft het object niet zelf opgemeten. De opgave van de door klager ingeschakelde taxateur is niet goed inzichtelijk. Een door beklaagde in de arm genomen meetkundig bureau kwam op een bruto woonoppervlak van 119 m². Alles bijeen genomen mocht beklaagde redelijkerwijs afgaan op de maatvoering zoals deze door de verkopend makelaar was vermeld en hoefde beklaagde er niet aan te twijfelen of het door de verkopende makelaar vermelde woonoppervlak wel juist was. Download uitspraak (pdf) Uitspraak RvT Haarlem, 12-37 RvT Haarlem

    Lees meer
  • 13-2450 CRvT

    Beweerdelijk onjuist woonoppervlak vermeld. Meetinstructie nog niet van kracht. In 2009 ‘ca’-aanduidingen gebruikelijk. Geringe afwijking. Zie ook 13-2449 CRvT. Klager koopt voor € 375.000 een appartement dat door de verkopend makelaar werd aangeboden met een vloeroppervlak van ca 125 m². Twee jaar later geeft klager een andere makelaar opdracht om de waarde van het appartement te bepalen met het doel om inzicht te verkrijgen in de waarde ten behoeve van een vergelijking op basis van het aantal vierkante meters. Deze komt op een onderhandse verkoopwaarde van € 300.000 en een woonoppervlak van 105 m². Klager meent gedupeerd te zijn. De Centrale Raad constateert dat in 2009, toen klager kocht, de zogeheten meetinstructie nog niet van kracht was. Niettemin mocht ook toen van een makelaar worden verwacht dat hij geen onjuist beeld schept van wat hij aanbiedt omdat kopers zich bij hun aankoopbeslissing mede daarop baseren. Blijkens een opmeting van een deskundig bureau bedraagt de bruto woonoppervlakte 119 m ² excl. vides en 123 m² inc. vides. Deze afwijking is zodanig gering dat de vermelde woonoppervlakte een voldoende betrouwbaar beeld van het object gaf. Download uitspraak (pdf) Uitspraak RvT Haarlem, 13-29 RvT Haarlem

    Lees meer
  • Jaaroverzichten

    Jaaroverzicht Tuchtrechtspraak NVM Jaaroverzicht 2016In 2016 is in 99 tuchtzaken een beslissing genomen door de Raden van Toezicht. In 2015 werden 91 tuchtzaken behandeld, een toename van 8,79%. Bij 38 tuchtzaken werden de klachten geheel of gedeeltelijk gegrond verklaard. 26 keer werd een berisping opgelegd, 3 maal een boete en 2 maal is een schorsing…

    Lees meer