Uitspraken

  • Samenstelling Raden

    Samenstelling Raden Centrale Raad van Toezicht  Naam Functie  voorzitter  mr. D.H. de Witte raadsheer, gerechtshof Arnhem-Leeuwarden      vice-voorzitter  mw. mr. P. vand der Kolk-Nunes rechter-plaatsvervanger Rechtbank Amsterdam  niet-makelaarslid  mr. J.A. van den Berg advocaat te Haarlem        makelaarslid  mr. J.C. Borgdorff makelaar te Wateringen  makelaarslid  W. van Haselen makelaar te Amersfoort  plv.…

    Lees meer
  • 13-2483 CRvT

    Herzieningsverzoek. Verzoek afgewezen: geen nieuw licht op feitelijke gedragingen makelaar. Een makelaar is in 2011 door de Centrale Raad bestraft omdat hij het belang van zijn opdrachtgever achter stelde bij zijn eigen belang. Hij kreeg als verkopende makelaar zelf belangstelling voor het huis dat hij in opdracht had. Hij trok zich niet als makelaar terug en adviseerde zijn opdrachtgever niet om een andere makelaar in de arm te nemen. Hij had het pand bovendien niet in de uitwisseling van de NVM aangemeld. De brief van de notaris die aan het herzieningsverzoek ten grondslag ligt, beschrijft de gang van zaken zoals de notaris die beleefde, maar zegt niets over de gedragingen van de makelaar. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-59 RvT Arnhem

    Taxatie. Inspectie laten uitvoeren door collega. Beklaagde had opdracht om een woning te taxeren. In verband met ziekte heeft beklaagde de inspectie van de woning overgelaten aan een collega. Vervolgens heeft beklaagde samen met die collega het taxatierapport opgesteld. In het taxatierapport is vermeld dat de taxatie is uitgevoerd door beklaagde. Beklaagde wordt door het bestuur van de NVM verweten dat hij de woning niet zelf heeft opgenomen en geïnspecteerd en dat hij dit niet in zijn taxatierapport heeft aangegeven.De Raad overweegt dat beklaagde in ieder geval in het rapport had behoren te vermelden dat hij niet zelf de inwendige en uitwendige opname heeft verricht. Door dit na te laten heeft beklaagde tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-65 RvT Eindhoven /Maastricht

    Collegialiteit. Optreden voor opdrachtgever van collega. Klager had opdracht tot dienstverlening bij de verkoop van een appartement. Nadat een koper was gevonden is de verkoop uiteindelijk toch niet doorgegaan. De koper bleef echter geïnteresseerd en kwam via vrienden in contact met een andere makelaar, beklaagde. Beklaagde heeft vervolgens getracht om van de koper een aankoopopdracht te krijgen. Toen dat niet lukte is hij toch bij de onderhandelingen betrokken gebleven en trad hij daarbij op voor de verkoper. De woning is vervolgens alsnog aan de koper verkocht. Klager verwijt beklaagde dat hij – zonder overleg – voor de verkoper is gaan optreden terwijl klager de woning nog in verkoop had. De Raad overweegt dat beklaagde allereerst onduidelijkheid heeft gecreëerd over de vraag voor wie hij werkzaam was, voor de koper of voor de verkoper. Beklaagde wist dat klager een verkoopopdracht had ontvangen. Beklaagde is ten onrechte afgegaan op de - naar zijn zeggen - door de verkoper gewekte indruk dat de verkoper afscheid had genomen van het kantoor van klager. Het had op de weg van beklaagde gelegen om zelf met klager in contact te treden teneinde de overstap in goede banen te leiden en onduidelijkheid te voorkomen over de vraag wie nu het appartement in verkoop had en wie recht had op courtage. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2523 CRvT

    Lees meer
  • 13-60 RvT Eindhoven/Maastricht

    Informatie aan niet-opdrachtgever. Mededelings- en onderzoeksplicht.De koper van een woning (klaagster) verwijt de makelaar van de verkoopster dat hij haar niet alle informatie over de woning heeft gegeven en zaken heeft achtergehouden. De Raad kan niet vaststellen dat de makelaar informatie heeft achtergehouden of onjuiste informatie heeft verstrekt. De Raad acht het wel ongelukkig dat de makelaar de door de verkoopster ingevulde vragenlijst pas na de aankoop aan de koper heeft gegeven. De makelaar heeft aangegeven dat hij zijn beleid op dit punt inmiddels heeft aangepast. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2516 CRvT

    Lees meer
  • 13-61 RvT Amsterdam

    Taxatie. Boedeltaxatie. Peildatum. Klager en zijn partner hebben in 2006 een woning gekocht. Nadat klager en zijn partner in augustus 2008 uit elkaar waren gegaan heeft hij beklaagde in verband met de boedelscheiding gevraagd zijn woning te taxeren. Klager verwijt beklaagde dat hij de waarde van de woning te laag heeft vastgesteld. Voorts verwijt klager beklaagde dat hij door toedoen van beklaagde voor een ongunstige peildatum heeft gekozen. De Raad overweegt dat het feit dat de gerechtelijk taxateur tot een hogere taxatie van het appartement is gekomen dan beklaagde, op zich niet wil zeggen dat de taxatie van beklaagde tuchtrechtelijk onjuist is geweest. Dat beklaagde niet tot zijn taxatie heeft kunnen komen dan wel beklaagde anderszins een tuchtrechtelijk verwijt moet worden gemaakt, is niet gebleken. Nu de Raad heeft vastgesteld dat de taxatie van beklaagde niet onzorgvuldig tot stand is gekomen, kan ook niet worden gezegd dat die taxatie heeft geleid tot een verkeerd advies inzake de peildatum van de taxatie. Van een dergelijk advies van beklaagde aan klager is de Raad niet gebleken.  Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2522 CRvT

    Lees meer
  • 13-62 RvT Amsterdam

    Optie en Bod. Onderhandelingen met meerdere gegadigden. Schadevergoeding.  De gegadigde voor een woning (klager) verwijt de makelaar van de verkoper (beklaagde) dat hij de woning tijdens de looptijd van zijn eindbod aan een ander heeft verkocht. Daarnaast zou beklaagde ook de vertrouwelijkheid van het bod van klager hebben geschonden. Klager meent recht te hebben op een schadevergoeding van beklaagde van EUR 20.000,--. De Raad overweegt dat hij niet bevoegd is te oordelen over al dan niet geleden schade, de omvang en vergoeding daarvan. Dat oordeel is voorbehouden aan de civiele rechter. Vast staat dat beklaagde aan klager niet had toegezegd geen transactie met een andere gegadigde te zullen bevorderen. Het stond beklaagde derhalve in beginsel vrij om, ondanks het bod van klager, bezichtigingen van derden te bewerkstelligen. Voorts staat vast dat de andere gegadigde de woning op 23 december 2012 buiten aanwezigheid van beklaagde bezichtigd heeft. Nog op die dag heeft de opdrachtgeefster van beklaagde een bod van deze gegadigde aanvaard. Het is de Raad niet gebleken dat in de aanloop naar voornoemde bezichtiging reeds onderhandelingen gaande waren en/of biedingen over en weer waren gedaan tussen laatstgenoemde gegadigde en beklaagde. Op grond hiervan kan de Raad niet tot de conclusie komen dat beklaagde in strijd heeft gehandeld met regel 4 van de Erecode. Dat beklaagde de vertrouwelijkheid van het bod van klager heeft geschonden is evenmin gebleken. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-63 RvT Haarlem

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende inspanning.De verkoper van een woning verwijt zijn makelaar (beklaagde) dat hij in het kader van de uitvoering van de opdracht te weinig heeft gedaan.De Raad komt tot de conclusie dat beklaagde aan de verplichtingen die uit de opdracht voortvloeiden, heeft voldaan. Dat beklaagde klager in september en oktober er niet van op de hoogte heeft gebracht dat hij nog geen reacties had ontvangen op de plaatsing van de woning op Funda en de verkoopprijs op initiatief van klager is verlaagd, is tuchtrechtelijk niet verwijtbaar. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-56 RvT Amsterdam

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Regelen van financiering. Ontbindende voorwaarde.Klaagster heeft aan beklaagde een verkoopopdracht verstrekt. Voor de woning was lange tijd geen enkele belangstelling. Uiteindelijk werd toch een koper gevonden. In de koopovereenkomst werd een ontbindende voorwaarde voor de financiering opgenomen. Nadat de termijn voor het inroepen van de financieringsvoorwaarde driemaal was verlengd heeft de koper alsnog een beroep op de voorwaarde gedaan en is de koopovereenkomst ontbonden. Klaagster stelt dat beklaagde op verschillende punten bij de uitvoering van de opdracht is tekortgeschoten.De Raad stelt vast dat het hier, wat betreft de financiering, om een ongebruikelijke en risicovolle transactie ging. Beklaagde heeft klaagster er op gewezen dat zij zaken deed met een onzekere partij. Dat beklaagde tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld is niet komen vast te staan. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2515 CRvT

    Lees meer
  • 13-53 RvT Arnhem def

    Eindbeslissing. Eigen belang. Failissement. Paulianeus handelen.(Zie ook 13-02 RvT Arhem)Klagers zijn d.m.v. hun administratiekantoor opgetreden als boekhouders voor ondermeer makelaarskantoor A (beklaagde 1). Na het faillissement van dit kantoor zijn de werkzaamheden voortgezet in makelaarskantoor Xd ( beklaagde 4). Beklaagde 2 en 3 zijn als makelaars verbonden (geweest) aan de beide kantoren. Klagers verwijten beklaagde 2 en beklaagde 3 dat zij het faillissement van makelaarskantoor A van te voren hebben georganiseerd met het oogmerk om met zijn boedelbestanddelen de makelaarsactiviteiten in kantoor Xd voort te zetten en de schuldeisers van kantoor A, waaronder klagers, achter te laten met een lege vennootschap.De Raad overweegt dat klagers niet hebben kunnen aantonen dat beklaagde 3 betrokken is geweest bij een vooropgezet plan om beklaagde 1 te laten failleren. De Raad houdt vervolgens de verdere behandeling van de klacht aan en geeft klagers de gelegenheid om de gestelde gedragingen van beklaagde 1, 2 en 4 te bewijzen. Na de voortzetting van de behandeling komt de Raad tot de conclusie dat ook ten aanzien van beklaagde 1, 2 en 4 niet, althans onvoldoende is aangetoond dat zij tuchtrechtelijk laakbaar hebben gehandeld. Download uitspraak (pdf) 13-52 RvT Arnhem tussenbeslissing Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2514 CRvT

    Lees meer