Uitspraken

  • 14-34 RvT Rotterdam

    Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Tussen klaagster en haar ex-echtgenoot is een gerechtelijke procedure over huwelijkse voorwaarden gevoerd. De ex-echtgenoot heeft daarbij een beroep gedaan op een in zijn opdracht uitgevoerde taxatie van zijn woning. Deze taxatie zou voor klaagster in de procedure nadelig hebben uitgepakt. Klaagster verwijt de makelaar die de taxatie verrichtte (beklaagde), dat hij de waarde van de woning onjuist heeft vastgesteld. De Raad overweegt dat in de genoemde procedure inmiddels definitief uitspraak is gedaan waarbij tevens is komen vast te staan dat de (uitkomst van de) betreffende taxatie geen enkele rol meer speelt. Gelet hierop heeft klaagster geen belang meer bij de klacht. Ten overvloede wordt overwogen dat onvoldoende is gebleken dat beklaagde in redelijkheid niet tot de litigieuze taxatie heeft kunnen komen. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 14-2548 CRvT

    Lees meer
  • 14-36 RvT Rotterdam

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Onafhankelijkheid. Klaagster en haar ex-echtgenoot hebben beklaagde opdracht gegeven tot dienstverlening bij de verkoop van hun voormalige echtelijke woning. Klaagster verwijt beklaagde dat hij haar onvoldoende bij de verkoop heeft betrokken en onvoldoende met klaagster over de verkoop en de oplevering heeft gecommuniceerd. De Raad constateert dat er niet steeds voldoende overleg heeft plaatsgevonden tussen beklaagde en klaagster. Beklaagde had klaagster als mede-opdrachtgeefster, in de gelegenheid moeten stellen om haar visie te geven over de opleveringsdatum en beklaagde had een serieuze poging moeten doen te bewerkstelligen dat aan de wensen van klaagster tegemoetgekomen zou (kunnen) worden. Hoewel beklaagde anders en beter had moeten opereren is de Raad – gelet op de buitengewoon moeilijke situatie waaronder hij zijn diensten moest verrichten – van oordeel dat de grens van het tuchtrechtelijk toelaatbare net niet is overschreden.  Download uitspraak (pdf)  

    Lees meer
  • 14-27 RvT Rotterdam

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Klager heeft zijn makelaar (beklaagde) in 2006 een opdracht tot dienstverlening bij verkoop van zijn woning verstrekt. De vraagprijs werd bepaald op EUR 619.000,--. Nadat klager in maart 2013 bericht had ontvangen dat de bank i.v.m. betalingsachterstanden tot executieveiling wilde overgaan, werd de woning alsnog via beklaagde voor EUR 402.500,-- verkocht. Klager verwijt beklaagde dat hij bij de uitvoering van zijn verkoopopdracht op verschillende punten is tekortgeschoten en dat hij zich jegens klager onbehoorlijk zou hebben gedragen. De makelaar zou dan ook geen recht hebben op (volledige) betaling van de door hem aan klager in rekening gebrachte courtage. Naar het oordeel van de Raad is niet komen vast te staan dat de makelaar zijn werkzaamheden niet naar behoren heeft uitgevoerd noch dat de makelaar zich in ander opzicht jegens klager tuchtrechtelijk laakbaar heeft gedragen. Beklaagde heeft onbetwist gesteld dat klager voorafgaande aan het transport mondeling heeft kenbaar gemaakt niet tot integrale betaling van de courtagenota over te zullen gaan. Onder deze omstandigheden stond het de makelaar vrij over te gaan tot incasso. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 14-28 RvT Rotterdam

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Klager en zijn ex-echtgenote hebben beklaagde opdracht gegeven tot dienstverlening bij de verkoop van hun woning. Nadat na twee jaar een koper was gevonden, zijn problemen ontstaan over de verdeling van de restschuld die na de verkoop voor klager en zijn ex-vrouw zou overblijven. Klager wenste alleen in te stemmen met de verkoop indien de bank vooraf duidelijkheid zou geven over de hoogte van de restschuld die voor zijn rekening zou komen. De bank bleek hiertoe niet bereid. Uiteindelijk hebben de kopers alsnog van de aankoop afgezien en heeft beklaagde zijn opdracht aan klager teruggegeven. Klager verwijt beklaagde dat zijn dienstverlening op verschillende punten onder de maat is geweest. De Raad overweegt dat op basis van de stukken, het verhandelde ter zitting en de tegenstrijdige standpunten van partijen de gestelde verwijten niet kunnen worden vastgesteld. Toen bleek dat de bank vooraf geen duidelijkheid over de hoogte van de restschuld van klager zou verstrekken, heeft beklaagde duidelijk aangegeven dat er voor hem een onwerkbare situatie was ontstaan. Onder de gegeven omstandigheden had beklaagde geen andere keus dan de verkoopopdracht aan klager terug te geven. Vanaf dat moment en gegeven de situatie dat klager alleen bereid was tot verkoop als hij vooraf duidelijkheid had van de bank over de restschuld, hoefde beklaagde niet te reageren op berichten van mogelijke aspirant-kopers. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 14-29 RvT Rotterdam

    Taxatie. Boedeltaxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Klager en zijn ex-vrouw hebben beklaagde gevraagd om i.v.m. boedelscheiding hun woning te taxeren. Klager meent dat beklaagde als redelijk handelend taxateur niet tot de door hem vastgestelde waarde heeft kunnen komen. Volgens klager is beklaagde van onjuiste informatie uitgegaan en heeft hij de woning te hoog gewaardeerd.Gelet op alle omstandigheden - meer in het bijzonder hetgeen beklaagde heeft aangevoerd m.b.t. de gehanteerde referentiepanden - is de Raad van oordeel dat beklaagde in redelijkheid tot de onderhavige taxatie heeft kunnen komen, althans is het tegendeel niet aannemelijk gemaakt. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-78 RvT Rotterdam

    Boedeltaxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Bevoegdheid.  In het kader van de afhandeling van een nalatenschap heeft beklaagde op verzoek van de executeur een woning met bedrijfsgebouw en (agrarische) gronden getaxeerd. De executeur was een oud-medewerkster van beklaagde en was de dochter van één van de erfgenamen. Deze erfgename (klaagster) verwijt beklaagde dat hij in eerste instantie mondeling een veel hogere waarde-indicatie heeft opgegeven dan de waarde die uiteindelijk werd vastgesteld. Voorts zou beklaagde als senior NVM makelaar niet gerechtigd zijn geweest om als NVM taxateur op te treden en had hij de erven daarover moeten informeren. De Raad overweegt dat niet is komen vast te staan dat beklaagde de door klaagster gestelde mondelinge waarde-indicatie heeft afgegeven. Beklaagde heeft onbetwist gesteld dat zijn opdrachtgeefster op de hoogte was van het feit dat hij op het moment van afgeven van de uiteindelijke waardeverklaring, senior NVM makelaar was. Beklaagde heeft zijn activiteiten uitgevoerd onder de vlag van X Makelaardij. In zoverre moet worden aangenomen dat het afgeven van de waardebepaling een activiteit als NVM makelaar is geweest. Daartoe was beklaagde niet bevoegd en in zoverre is de klacht gegrond.   Download uitspraak (pdf)    

    Lees meer
  • 13-79 RvT Rotterdam

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Onvoldoende overleg opdrachtgever. Onafhankelijkheid. Klaagster en haar ex-echtgenoot hebben beklaagde een opdracht tot dienstverlening bij verkoop van hun woning verstrekt. Klaagster verwijt beklaagde dat hij haar belangen onvoldoende heeft behartigd. Beklaagde zou zich niet onpartijdig hebben opgesteld en zou onvoldoende met klaagster hebben gecommuniceerd. De Raad overweegt dat beklaagde zich onvoldoende neutraal heeft opgesteld althans de schijn van partijdigheid heeft gewekt. Voorts is komen vast te staan dat beklaagde niet zorgvuldig met klaagster heeft gecommuniceerd. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 13-09 RvT Rotterdam

    Collegialiteit.De makelaar van de koper van een woning (klager) verwijt de makelaar van de verkoper (beklaagde) dat hij de belangenbehartiging van de cliënte van klager heeft gefrustreerd. Voorts stelt klager dat beklaagde de naam van de beroepsgroep schade heeft toegebracht en dat hij geen inhoud heeft gegeven aan zijn informatieplicht. Naar het oordeel van de Raad is niet komen vast te staan dat beklaagde tuchtrechtelijk laakbaar heeft gehandeld. Het had zowel klager als beklaagde gesierd als zij meer aandacht hadden besteed aan de wijze waarop zij met elkaar hebben gecommuniceerd. Dit impliceert evenwel niet dat sprake is van klachtwaardig handelen.    Download uitspraak (pdf) 

    Lees meer
  • 12-60 RvT Rotterdam

    Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Ontvankelijkheid. Civielrechtelijk geschil.Beklaagde heeft i.v.m. een hypotheekaanvraag een woning getaxeerd. Een bank, klaagster, verwijt beklaagde dat hij een onjuiste taxatie heeft verricht. Klaagster stelt dat de klacht wordt ingediend i.v.m. mogelijk door haar te lijden schade. De Raad overweegt dat civielrechtelijke disputen niet aan het oordeel van de Raad onderworpen zijn. Deze dienen in beginsel te worden voorgelegd aan de burgerlijke rechter. Dit geldt zowel voor de vraag of er een verplichting tot schadevergoeding bestaat als voor de vraag wat de omvang van de schade is. Niet is komen vast te staan dat beklaagde in redelijkheid niet tot zijn taxatie heeft kunnen komen. De Raad heeft niet kunnen vaststellen welke referentieobjecten beklaagde heeft gehanteerd doch dit rechtvaardigt niet reeds daarom de conclusie dat de uitgevoerde taxatie onjuist is.    Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 12-56 RvT Rotterdam

    Taxatie. Onjuiste taxatiewaarde. Ontvankelijkheid.Beklaagde heeft een garagebox getaxeerd. Klager is mede-eigenaar van de garage en verwijt beklaagde dat hij een onjuiste taxatie heeft verricht. Klager wijst hierbij ondermeer op een aantal andere taxaties van de betreffende garage waarvan de uitkomsten onderling sterk verschillen. Klager vraagt zich af wat de waarde van een taxatie is als verschillen als de onderhavige mogelijk zijn. Naar het oordeel van de Raad kan niet worden vastgesteld dat beklaagde niet in redelijkheid tot zijn taxatie heeft kunnen komen dan wel dat deze onzorgvuldig tot stand zou zijn gekomen. Voor zover klager meer in het bijzonder klaagt over de enorme verschillen tussen de uitgevoerde taxaties is de Raad van oordeel dat deze klacht niet tegen een individuele beklaagde kan worden ingesteld. Dit onderdeel van de klacht is dan ook niet-ontvankelijk.  Download uitspraak (pdf)

    Lees meer