Uitspraken

  • 16-11 RvT West

    Rekenfout in taxatierapport. Informatie over taxatie aan financier van opdrachtgever. Klager geeft in het kader van een extra financiering aan een makelaar opdracht om zijn woning te taxeren. Hij kwalificeert het rapport onder meer als broddelwerk. De makelaar erkent dat in het rapport twee rekenfouten staan maar die hebben geen invloed op de waardering, zoals de makelaar gemotiveerd uiteenzet. Klager stelde zelf het rapport ter beschikking aan zijn financier. Het is niet vreemd dat deze vervolgens contact opnam met de makelaar en dat deze vragen van de financier beantwoordde. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 16-2617 CRvT

    Lees meer
  • 16-13 RvT West

    Senior aangesloten makelaar. Presentatie op website en Funda. Klager is van mening dat de wijze waarop beklaagde, die senior aangesloten makelaar is, op de website van zijn (oude) kantoor en op Funda voorkomt, in strijd is met de NVM-regels op dit punt. De raad is van oordeel dat de wijze van presenteren bij het publiek de indruk kan wekken dat beklaagde nog makelaarswerkzaamheden verricht. Waar beklaagde zich bereid verklaarde de presentatie aan te passen en de raad zich kan voorstellen dat de grenzen van wat wel en wat niet kan, niet steeds even duidelijk waren acht de raad de klacht gegrond maar ziet geen reden tot opleggen van enige straf. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 16-12 RvT West

    Onjuist woonoppervlak vermeld. Meetinstructie niet opgevolgd. Reactie op klacht. Klaagster verwijt de verkopend makelaar dat deze een aanzienlijk te groot woonoppervlak heeft vermeld van de door haar gekochte woning. De makelaar heeft de meetinstructie niet opgevolgd. Dit klachtonderdeel is gegrond. De reactie van de makelaar op de klacht van klaagster was weliswaar afhoudend maar niet tuchtrechtelijk laakbaar. De makelaar had er overigens goed aan gedaan van stond af aan te erkennen dat de meetinstructie niet was opgevolgd. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 16-09 RvT West

    Asbest in dakbedekking. Communicatie na klacht. Klagers kopen een woning die bij beklaagde in verkoop is. Deze deelt mede dat zich asbest bevond in de garage en de berging. Klagers zeggen dat van de kant van het makelaarskantoor is meegedeeld dat het dak van natuurleisteen is. Zij laten een bouwkundig onderzoek doen en dat brengt geen verdere asbest dan was meegedeeld aan het licht. Later blijkt de dakbedekking asbest te bevatten. Zij verwijten de makelaar dat deze hen daarvan niet op de hoogte bracht. De Raad kan niet vaststellen of door de kantoormedewerkster is gesteld dat het dak van natuurleisteen is. Feit is dat het in opdracht van klagers gehouden bouwkundig onderzoek niets nieuws aan het licht bracht. Dat de makelaar de communicatie staakte toen het door klagers aansprakelijk werd gesteld, acht de Raad niet verwijtbaar. ~Het kantoor had bovendien het belang van de verkoper te behartigen. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 16-10 RvT West

    Beweerdelijk te lage taxatie Klager is van mening dat de makelaar die zijn woning voor de financiering taxeerde, deze te laag heeft gewaardeerd; de marktwaarde kwam uit op € 275.000. Een tweede door klager ingeschakelde makelaar kwam uit op € 310.000. De Raad is van oordeel dat beklaagde zijn taxatie afdoende heeft onderbouwd en in redelijkheid tot zijn waardering heeft kunnen komen. Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 16-05 RvT West

    Taxatie. Onjuiste uitvoering taxatie. Validatie instituut X (klager) verwijt makelaarskantoor Y en de daaraan verbonden makelaar Z (beklaagden) dat bij de taxatie van een pand door makelaar Z op verschillende punten tuchtrechtelijk laakbaar is gehandeld. De Raad stelt vast dat makelaar Z de juistheid van de klachtonderdelen heeft erkend. Makelaar Z heeft aangegeven dat hij het taxatierapport van een collega heeft gezien als extra informatiebron waar hij dacht gebruik van te kunnen maken. Dit ten onrechte, hetgeen makelaar Z bekend had behoren te zijn. Makelaar Z heeft het te taxeren pand niet geïnspecteerd. Daarmee heeft makelaar Z elementair en ernstig in strijd gehandeld met de verplichtingen die op een taxerend makelaar rusten. De Raad is daarnaast van oordeel dat makelaar Z bewust de gelegenheid voorbij heeft laten gaan om zijn gemaakte fouten bij klager te melden en recht te zetten. Dit laatste wordt makelaar Z door de Raad zwaar aangerekend. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 16-2618 CRvT

    Lees meer
  • 16-04 RvT West

    Belangenbehartiging opdrachtgever. Bestemming onroerende zaak. Klager en zijn ex-echtgenote hebben beklaagde een opdracht tot dienstverlening bij verkoop van hun woning gegeven. De woning had de bestemming “agrarische bedrijfswoning”. Klager verwijt beklaagde dat hij hem onjuist dan wel onvoldoende heeft geïnformeerd over de gevolgen die deze bestemming voor de verkoop had. De Raad overweegt dat niet is gebleken dat beklaagde bij de aanvang van de opdracht heeft gezegd dat de omzetting naar een woonbestemming slechts een formaliteit betrof. Dat beklaagde tuchtrechtelijk laakbaar gehandeld heeft is niet komen vast te staan.   Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 16-06 RvT West

    Eigen belang/handel. Makelaar koopt zelf. Klager verwijt zijn broer (beklaagde 2) en het makelaarskantoor van zijn broer (beklaagde 1) dat zij een aantal onroerende zaken tegen een niet marktconforme prijs van (de holding van) zijn moeder hebben gekocht. Beklaagden zouden daarmee klager en zijn zuster hebben benadeeld. Beklaagden ontkennen dit en beklaagde 2 wijst er daarbij op dat de makelaar die de panden voor klager taxeerde, ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de verhuurde staat van de panden. De panden waren immers vóór de verkoop, (gedeeltelijk) aan beklaagden verhuurd. De Raad overweegt dat de rol van beklaagde 2 die van huurder én koper was en niet die van NVM makelaar. Indien klager zich door de betreffende transacties benadeeld voelt, dient hij hiertoe andere wegen te bewandelen. Niet kan worden vastgesteld dat beklaagde sub 2 in de betreffende transacties tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld heeft, nu hij niet heeft gehandeld in zijn hoedanigheid van NVM makelaar. De Raad verklaart de klacht ongegrond.   Download uitspraak (pdf)

    Lees meer
  • 16-07 RvT West

    Beweerdelijke strijd met regel 6 Erecode. Belegging en schijn van mogelijke belangenverstrengeling Klager, een NVM-makelaar, dient een klacht in tegen zijn voormalige kantoorgenoot, eveneens NVM-makelaar met wie een arbeidsconflict is ontstaan. De klacht houdt in dat beklaagde zonder daarvan mededeling aan klager te doen, belangen heeft genomen in enige vastgoedobjecten. Klager meent dat daardoor mogelijke belangenverstrengeling kan zijn ontstaan. De raad van toezicht wijst de klacht af. De schijn van belangenverstrengeling is niet de norm die hier moet worden aangelegd. Van daadwerkelijke belangenverstrengeling is geen sprake geweest. Beleggen in vastgoed is niet in strijd met de Erecode. Het is de vraag of klager de klacht had ingediend als geen sprake was geweest van een geëscaleerd arbeidsconflict. Download uitspraak (pdf) Uitspraak Centrale Raad van Toezicht, 16-2611 CRvT

    Lees meer
  • 15-95 RvT West

    Aanzienlijke waardeverschillen in taxaties. Moeilijke vergelijkbaarheid taxaties. Late indiening klacht niet onverklaarbaar. Klager heeft een optie tot koop van de door hem gehuurde fitnessruimte. In het huurcontract is bepaald dat bij het lichten van de optie elk der partijen een taxateur zal inschakelen en vervolgens gezamenlijk een derde taxateur. Als klager wil kopen wordt genoemde procedure gevolgd. De verschillen in uitkomst zijn zeer aanzienlijk. Klagers taxateur komt op € 510.000, die van de verhuurder op € 879.000 en de derde taxateur op € 970.000. Klager vraagt een second opinion aan nog twee makelaars en hun conclusies liggen in de lijn met die van zijn taxateur. De taxateur van verhuurder doet hetzelfde en deze concluderen dat diens taxatie acceptabel is en correct is geschied. Vervolgens komt de rechter eraan te pas. Deze benoemt drie deskundigen en op basis van dat bericht bepaalt de rechtbank dat de eigenaar aan klager moet leveren voor € 500.000. Klager dient daarop een klacht in tegen de taxateur van de eigenaar en de derde taxateur. Het verweer dat de klacht te laat is ingediend gaat niet op. Weliswaar dateren de taxaties uit 2008 en is de klacht pas in 2015 ingediend, maar pas door de uitspraak van de rechter van eind 2014 werd klager duidelijk welke prijs de rechter bepaalde. Hoewel de verschillen in getaxeerde waarden aanzienlijk zijn, kan niet gezegd worden dat beklaagden onzorgvuldig hebben gehandeld of hun waardering niet goed hebben onderbouwd. Er bestaat bovendien te weinig inzicht hoe de andere taxaties zijn opgebouwd waardoor een vergelijking lastig is. De klachten zijn ongegrond.   Download uitspraak (pdf)

    Lees meer