Uitspraken

  • 22065

          22065 RvT Zuid     Zaaknummer: RvTZ 2023097   DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE COÖPERATIEVE VERENIGING VAN MAKELAARS EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM U.A.   Zonder overleg  informatie aan wederpartij van opdrachtgever verstrekt.   Een makelaarskantoor heeft opdracht om door een bouwonderneming (klager) ontwikkelde appartementen te verkopen. De kopers van een van die appartementen kaarten bij de Raad van Arbitrage in Bouwgeschillen een zaak aan. In dat kader worden door of namens die kopers vragen aan de makelaar gesteld die door deze zonder overleg en instemming van klager worden beantwoord. De makelaar deed dit naar zijn zeggen omdat hij van mening was dat die informatie niet vertrouwelijk was en bij klager bekend was. De raad van toezicht is van oordeel dat het gedrag van de makelaar niettemin klachtwaardig is.

    Lees meer
  • 22032

    22032 RvT Zuid         Zaaknummer: RvTZ 20220096     DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE COÖPERATIEVE VERENIGING VAN MAKELAARS EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM U.A.   Niet-ontvankelijkheid klacht wegens tijdsverloop. Beweerdelijk oncollegiaal gedrag.   Klager, NVM-makelaar, heeft de opdracht om een bedrijfspand te verkopen. Deze opdracht wordt na 3 jaar ingetrokken en na enige tijd verstrekt aan beklaagden, eveneens NVM-makelaar en lid NVM. De beklaagde makelaar heeft kort nadat aan klager opdracht was verstrekt, diens opdrachtgevers benaderd waarvoor hij kort daarop excuses aanbood die door klager zijn aanvaard. Als klager een en ander na ruim 5 jaar weer aan de orde stelt is klager wegens tijdsverloop niet ontvankelijk. Beklaagden slagen in hun verkoopopdracht. Klager stelt dat in verband daarmee tussen hem en beklaagden een herenaccoord is gesloten over courtageverdeling maar laatstgenoemden ontkennen het bestaan daarvan. Het oordeel daarover is niet aan de tuchtrechter. Van het volgens klager meervoudig oncollegiaal gedrag brengt klager geen bewijs aan.  

    Lees meer
  • 22022

    22022 RvT Zuid   Informatie aan niet-opdrachtgever. Onvoldoende/misleidende informatie over de bestemming. Beklaagde was als verkopend makelaar betrokken bij de verkoop van een woning met daarop een agrarische bestemming. Klagers hebben de woning gekocht. In de verkoopdocumentatie en in communicatie met klagers zou beklaagde onvoldoende duidelijk zijn geweest over de agrarische bestemming die op de woning rustte. In de uiteindelijke koopovereenkomst worden wel afspraken gemaakt over het wijzigen van de bestemming. Desondanks dienen klagers een klacht in jegens beklaagde vanwege de onduidelijke c.q. misleidende informatie. De Raad oordeelt deze klacht gegrond. Een makelaar dient steeds álle voor enige (ver)koop relevante informatie van meet af aan volstrekt helder c.q. ondubbelzinnig, transparant én volledig aan betrokkenen te verstrekken.           Zaaknummer: RvTZ 20220095

    Lees meer
  • 22020

    22020 RvT Zuid   Lidmaatschapszaak. Eigen belang. Risicodragende projectontwikkeling. Regel 6 van de Erecode. De Commissie Lidmaatschapszaken van de NVM heeft een klacht ingediend tegen beklaagde en het kantoor van beklaagde. Deze klacht ziet op overtreding van regel 6 van de Erecode, nu beklaagde volgens de Commissie een ongeoorloofd eigenbelang had bij een projectontwikkeling. Beklaagde was via een vennootschap betrokken bij de ontwikkeling van een gebied. Door deze vennootschap werd grond aangekocht, werden woningen ontwikkeld en werden deze woningen ook weer verkocht. Op basis van deze informatie komt de Raad tot het oordeel dat de klacht gegrond is. Aan beklaagde wordt een berisping en een schorsing opgelegd. Het makelaarskantoor krijgt een voorwaardelijke boete.         Zaaknummer: RvTZ 20220094  

    Lees meer
  • 22013

    22013 RvT Zuid   Taxatie. Klacht van niet-opdrachtgever. Onjuiste woonoppervlakte. Klagers hebben een appartement gekocht. Beklaagde was betrokken als verkopend makelaar. Na overdracht laten klagers nog een taxatie uitvoeren in het kader van hun financiering. Uit deze taxatie volgt dat het opgegeven woonoppervlakte van het appartement niet klopt. Onder andere daarover klagen klagers in deze procedure. Beklaagde erkent dat hij een fout heeft gemaakt bij het opmeten van het woonoppervlakte. De Raad oordeelt dan ook dat de klacht gegrond is. Aan beklaagde wordt als straf een berisping opgelegd.         Zaaknummer: RvTZ 20220092  

    Lees meer
  • 22002

    22002 RvT Zuid   Zaaknummer: RvTZ 20220090   DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE COÖPERATIEVE VERENIGING VAN MAKELAARS EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM U.A.   Informatie over nieuwbouwproject. Geen meerwerk meer mogelijk.   Klagers kopen een in aanbouw zijnde woning in een project dat beklaagden in verkoop hebben. Zij leiden uit de verstrekte informatie af dat zij, nadat zij de koop-/aannemingsovereenkomst hebben getekend, nog enkele woonwensen kunnen indienen. Omdat de bouw al in volle gang is blijkt dit niet meer mogelijk. Klagers achten zich misleid. De raad constateert dat de standaardtekst die klagers kregen, niet op de actualiteit is aangepast waardoor bij klagers een misverstand kon rijzen. Deze onzorgvuldigheid is echter niet tuchtrechtelijk verwijtbaar, mede omdat klagers zelf hebben kunnen constateren dat de bouw al behoorlijk gevorderd was.

    Lees meer
  • 21070

          21070 RvT Zuid   Zaaknummer: RvTZ 20210087   DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE COÖPERATIEVE VERENIGING VAN MAKELAARS EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM U.A. Mededelingsplicht geschonden met betrekking tot gebruik als tweede woning. Gebrekkige communicatie.   Klagers kopen een monumentale woning die door beklaagden te koop wordt aangeboden. Zij wensen deze woning als tweede woning te gebruiken, hetgeen ten tijde van de verkoop ook was toegestaan. Echter, een half jaar nadien wijzigt de gemeente de huisvestingsverordening in die zin dat verkoop als tweede woning niet meer mogelijk is. Klagers voelen zich misleid en gedupeerd. Het verweer van beklaagden dat zij niet van de aanstaande wijziging op de hoogte waren, verwerpt de raad. Het makelaarskantoor is werkzaam in dezelfde gemeente als waarin het verkochte pand staat. Het is bovendien algemeen bekend dat in zogeheten toeristische plaatsen het gebruik van tweede woningen veelal beperkt is of binnenkort zal worden. Een oordeel over eventuele schade is aan de gewone rechter. Dat niet steeds voortvarend is gereageerd op berichten van klagers komt mede doordat klagers al snel over aansprakelijkheid spraken en dan is de makelaar verplicht zijn verzekeraar in te schakelen. Diens weinig voortvarend reageren kan de makelaar niet worden verweten

    Lees meer
  • 21068

          21068 RvT Zuid     Zaaknummer: RvTZ 20210089   DE RAAD VAN TOEZICHT ZUID VAN DE NEDERLANDSE COÖPERATIEVE VERENIGING VAN MAKELAARS EN TAXATEURS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM U.A.   Klacht tegen makelaar en niet tegen zijn (voormalige) kantoor. Klacht tegen niet-NVM-makelaar. Schadeclaim. Onjuist geplaatste perceelsafscheiding. Civiele en tuchtrechtelijke procedure.   Klagers kopen via een aankoopmakelaar een vrijstaande woning met rondom tuin die bij beklaagde in verkoop is. De perceelsoppervlakte bedraagt volgens de verkoopbrochure 1760 m². Omdat niet overal een duidelijke perceelsafscheiding te zien is, vragen klagers beklaagde tijdens de bezichtiging waar het terrein precies ophoudt. De makelaar geeft daarop een aanduiding. Na de eigendomsoverdracht ontdekken klagers dat een deel van de erfscheiding niet op de juiste plek staat. Zij spannen met succes een civiele procedure tegen de verkopers aan. Zij concluderen uit dit vonnis dat de verkoopmakelaar een verkeerde voorstelling van zaken heeft gegeven en dienen een claim in. Tevens klagen zij hun aankoopmakelaar aan. De raad acht de klacht tegen deze laatste niet-ontvankelijk -  deze is geen NVM-makelaar. De raad kan geen oordeel vellen  over schadeclaims. Het verweer van de makelaar dat ten onrechte hij is aangeklaagd en niet zijn voormalige kantoor, is onjuist. Beklaagde is al sinds jaar en dag NVM-makelaar en bovendien was hij namens de verkopers de onderhandelaar en was zijn voormalig kantoor slechts op de achtergrond ondersteunend paraat. Vaststaat dat de makelaar een juiste perceelsoppervlakte heeft genoemd. Dat de verkopende ex-echtgenoot op de verkoopopdracht heeft aangetekend dat alleen perceel 1737 en niet het aanpalende 1362 mocht worden verkocht, betekent niet dat beklaagde fout zat. De ex-echtgenoot heeft niet gezegd dat de erfscheiding niet op de juiste plaats stond. Er was voor de makelaar geen enkele aanleiding om twijfel op dat punt te hebben. Ook de aankoopmakelaar merkte niets bijzonders op. In de aanbieding, in de koopacte en in de transportacte zijn het juiste kadastraal perceel (B 1737) en de juiste oppervlakte (1760 m²) genoemd.

    Lees meer
  • 22-22 RvT Zuid

    22-22 RvT Zuid   Beweerdelijk onjuiste informatie over woonfunctie van woning. Beweerdelijk onvoldoende klachtafhandeling. Klagers hadden een overeenkomst met het kantoor van beklaagde voor de verkoop hun woning en de aankoop van een nieuwe woning. Nadat de nieuwe woning is aangekocht blijkt dat er geen woonbestemming op deze woning rust. Klagers spreken beklaagde hierop aan. Zij verwijten beklaagde dat hij geen onderzoek heeft gedaan naar de op het pand rustende bestemming. Klagers eisen een schadevergoeding. Beklaagde wijst dit af. Klagers dienen uiteindelijk een klacht in. De Raad oordeelt dat beklaagde geen verwijt kan worden gemaakt omtrent het ontbreken van een woonbestemming. Beklaagde zou in redelijkheid het nodige hebben gedaan qua onderzoek. Voorts is de Raad van oordeel dat beklaagde niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld bij de afhandeling van de klacht van klagers. Beide klachten worden derhalve ongegrond verklaard.   Zaaknummer: RvTZ 20210088  

    Lees meer
  • 21-76 RvT Zuid

    21-76 RvT Zuid       Stichting Tuchtrechtspraak NVM Raad van Toezicht Zuid      Zaaknummer: RvTZ 20210080   Belangenbehartiging opdrachtgever. Onvoldoende belangenbehartiging. Klachten over communicatie. Klagers hebben beklaagde ingeschakeld om een woning te verkopen. De verkoop verloopt niet naar wens, waarna klagers de opdracht intrekken. Daarna ontstaat een geschil over het betalen van de nota van beklaagde. Uiteindelijk dienen klagers een tuchtklacht in. Daarbij worden door klagers een viertal verwijten gemaakt aan beklaagde, onder andere over de wijze van communiceren. Beklaagde voert gemotiveerd verweer. De Raad oordeelt dat uit de overgelegde stukken volgt dat beklaagde met een ‘kort lontje’ communiceert en verklaart de klacht gegrond. Aan beklaagde wordt een berisping opgelegd.

    Lees meer