18-73RvT Oost

201 BIEDEN, ONDERHANDELEN & TOTSTANDKOMING OVEREENKOMST Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste woonoppervlakte. Meetinstructie vs norm NEN 2580. Met de hand opmeten. Gebruik software bij meting. Oppervlakte vastgesteld op basis van (niet-originele) bouwtekeningen. Gevolgen onjuiste meetmethode voor prijsstelling. Zonder toestemming/overleg contact opnemen met deskundige van een derde. Klaagster heeft een woning gekocht die beklaagde in verkoop had. Na de aankoop werd klaagster duidelijk dat de woning kleiner was (110,6 m2) dan door beklaagde in de verkoopbrochure en op Funda was aangegeven (116 m2). Klaagster verwijt beklaagde dat hij onjuiste informatie heeft verstrekt en stelt daarnaast dat beklaagde zonder haar medeweten en goedkeuring contact heeft opgenomen met de door haar ingeschakelde bouwkundig inspecteur. Beklaagde zou getracht hebben deze deskundige te beïnvloeden. De Raad stelt vast dat in dit geval de “Meetinstructie Gebruiksoppervlakte woningen, versiedatum: januari 2016” van toepassing was. De meetinstructie wijkt op één aspect af van de norm NEN 2580: de gebruiksoppervlakte wordt inclusief de oppervlakte van de dragende binnenwanden gemeten. De meetinstructie gaat ervan uit dat de oppervlakten daadwerkelijk met de hand gemeten worden. Het meten van de gebruiksoppervlakte van een woning kan volgens de meetinstructie ook gebeuren met de daarvoor geschikte software. Beklaagde heeft hier niet aan voldaan. Beklaagde heeft erkend dat de opgegeven maten en oppervlakten zijn gebaseerd op de bouwtekeningen. Het betrof bovendien niet de originele bouwtekeningen van de woning zelf, maar tekeningen van een gespiegelde woning. Beklaagde heeft geen meetrapport overgelegd en heeft het in opdracht van klaagster opgestelde rapport niet gemotiveerd betwist. Nu is komen vast te staan dat beklaagde niet overeenkomstig de ten deze toepasselijke versie van de meetinstructie heeft gehandeld, is de klacht in zoverre gegrond. Ten overvloede merkt de Raad op dat een niet overeenkomstig de NEN 2580 Meetinstructie opgegeven gebruiksoppervlakte op zichzelf niet zonder meer leidt tot een verkeerde prijsstelling van de woning. Nu niet is komen vast te staan dat beklaagde buiten klaagster om contact heeft opgenomen met de door haar ingeschakelde bouwkundig inspecteur, wordt het tweede onderdeel van de klacht ongegrond verklaard.

18-73 RvT Oost